De blogs van Weerstation Pajottenland.
Al enkele weken kreunen het Pajottenland en de Zennevallei onder de droogte. In de maanden april, mei en juni heeft het (heel) weinig geregend. Joris Dewolf en Erwin Vranckx gaan uitzoeken waar er regen viel en eventueel de oorzaken vinden waarom de ene plaats meer regen kreeg dan de andere. Joris heeft zelfs enkele kleurenkaarten van de neerslag gemaakt met behulp van de neerslagdata van de Pajotse weeramateurs. De eerste kaart geeft de maandelijkse neerslaghoeveelheid weer voor juni 2018 in het Pajottenland en de Zennevallei. De droogste plek van dit studiegebied bevindt zich in Liedekerke, een deel van Affligem en Roosdaal. Daar viel er nog geen 6 mm (6 liter per m²) neerslag. De grootste hoeveelheid neerslag viel in het oostelijke deel van deze streek, vooral in Dilbeek. De volgende kaart is het neerslagtekort voor de maand juni. De maandelijkse gemiddelde neerslaghoeveelheid voor juni in Ukkel (KMI) is 71,8 mm. Deze waarde wordt de normaalwaarde genoemd en wordt gebruikt voor dit studiegebied. Deze is gebaseerd op de maandelijkse hoeveelheid neerslag voor de periode 1981-2010. De locatie waar het droogst is, is opnieuw dezelfde als bij de vorige kaart. Daar heeft het 92% of meer, minder geregend in vergelijking met de gemiddelde neerslaghoeveelheid voor juni. In het westelijke deel van het Pajottenland is er 86-92% minder neerslag gevallen dan normaal. De natste plaats bevindt zich opnieuw in Dilbeek. Naast de maandelijkse neerslaghoeveelheid voor 1 maand, gaan we ook de hoeveelheid neerslag bekijken voor een periode van 3 maanden (april, mei en juni 2018). De locaties die het droogst zijn Pepingen, Galmaarden en een deel van Herne. Ze haalden in deze 3 maanden nog geen 60 mm neerslag. De natste locatie is weer Dilbeek, maar ook de Zennevallei. Op deze kaart is de droogte minder sterk uitgedrukt dan bij de kaart van juni. De normaalwaarde voor deze 3 maanden bedraagt 189,6 mm. Het zijn weer dezelfde 3 gemeenten die het grootste neerslagtekort (meer dan 68%) van deze streek hebben, namelijk Pepingen, Galmaarden en Herne. De oorzaak, waarom Dilbeek de natste gemeente is voor juni 2018 en voor de periode tussen april en juni, is de onweersbui van 7 juni 2018 waarbij Brussel overvloedige neerslag kreeg. In Ganshoren heeft het 37,6 mm geregend. Dit had een grote invloed op de resultaten. Beersel, Sint-Genesius-Rode en het oostelijke deel van Halle liggen in de hoger gelegen gebieden. Liedekerke, Roosdaal en Affligem bevinden zich in de Dendervallei, Galmaarden en Herne in de vallei van de rivier Mark. Algemeen gezien wordt de neerslaghoeveelheid beïnvloed door het reliëf. Langs de ene kant krijgen de hoger geleden gebieden gemiddeld meer neerslag dan de lager gelegen sites. Maar langs de andere kant speelt de oriëntatie van de hellingen ook een rol, omdat het een invloed heeft op de overheersende zuidwestenwinden die de regen- of buienzones brengen. Waarom het heel droog is in het centrum van Pepingen wordt verder onderzocht. Idem voor de neerslaghoeveelheden van de andere maanden.
0 Comments
Leave a Reply. |
AuteurJoris Dewolf Archieven
Mei 2024
Categorieën |